boek

biografie3Biografie

Priscilla van Rijn wordt op 16 april 1988 thuis geboren in een dorpje genaamd Duivendrecht, net onder de rook van Amsterdam. Zonder broertjes of zusjes maar wel met haar grote vriend hond Arnoud, blijft zij daar wonen tot haar tiende levensjaar. Toen kwam vader Martin met het meest fantastische plan om te verhuizen naar Almere en leek haar wereld in te storten. Een verhuizing waar zij tot haar grote verdriet nog steeds rouwig om is vooral omdat zij daar geen invloed op had, want niemand wil toch weg uit een plaatje onder de rook van het trendy Amsterdam?! In Almere deed zij de eerste twee jaar van de brugklas ijverig haar best en studeerde veel. Maar schijnbaar niet genoeg, want msn’en en afspreken met vriendinnen was natuurlijk veel leuker, op twee tiende punt na mocht zij daarom ook niet op de havo blijven. Ze heeft geluld als Brugman, uh.. vrouw, maar voor het eerst leek haar welbekende ‘Priscilla lach’ geen effect te hebben. Was dit het begin van het einde?

Op een andere middelbare school hadden ze de ‘Priscilla lach’ nog niet gezien en wilde ze haar een kans geven. Ook nu was zij in het begin van het jaar ijverig maar werden de kantjes er al snel vanaf gelopen, gevolg: een niveau én een jaar terug. Weer leek het leven niet slechter te kunnen toen zij de eerste dag kennis moest maken met de leerlingen van haar nieuwe klas. Door al die rare films van extreme kinderen in achterstandswijken dacht zij dat het er daar net zo aan toe ging. Dat de leraren door de leerlingen werden bedreigt met messen en alleen door metaaldetectoren de school konden binnenkomen. Het bleek gelukkig alleen maar een scene uit een horrorfilm. De leerlingen waren best leuk en ze hadden de grootste lol. Ook de leraren konden elke middag weer veilig naar huis. Zonder eerst banden onder hun auto te moeten zetten omdat de auto op kratjes was gezet. Net voor de examens zouden beginnen besloten pappa en mamma haar te trakteren op een reisje naar het heerlijke Mexico waardoor al haar klasgenoten met stomheid waren geslagen. “Moet je niet leren dan” was het eerste dat zij vroegen. “Leren, wel nee joh. Dat haal ik makkelijk”. Toch een beetje zweten toen zij uiteindelijk in de schoolbanken zat maar dat was gelukkig voor niets geweest. Met vlag en wimpel.

Na haar examen had zij twee keuzes: naar de havo en tussen jong grut zitten of naar een mbo. Het werd mbo waar zij van de drie schooljaren in totaal een half jaar les heeft gehad. Na drie jaar lang leraren verbeteren in het Engels en alle smaakjes koffie uit geprobeerd te hebben bij haar geliefde Starbucks, kwam dan uiteindelijk wel het hoogtepunt: vrijwilligerswerk in Nicaragua. Een ware nachtmerrie die uiteindelijk een hele andere wending maakte.

Met die nachtmerrie in haar achterhoofd, die uiteindelijk tot een mooie droom uitbloeide, wist zij dat er meer was in het leven dan haar geliefde Amsterdam met zijn Jordaan en grachtengordel. En ze besloot voor acht maanden op wereldreis te gaan. Van Singapore tot Fiji en van Hong Kong tot Nieuw Zeeland heeft zij alles gezien maar het uiteindelijke plan was werken in Australië. Wat viel dat land haar tegen, de mannen waren te mannelijk en behandelde vrouwen alsof ze alleen geschikt zijn voor achter het aanrecht (ik hoor de mannen al denken ‘maar dat is toch ook hun enige recht?!’), de crisis brak net dat jaar uit en werk was er (bijna) niet te vinden. En om nu, zo klungelig als zij vaak is, met borden en dienbladen te lopen in een restaurant, was natuurlijk ook geen optie. Met als gevolg lang leven de lol, shop till you drop en een lening van hier tot Tokyo bij pap en mam. Na acht maanden en duizenden euro’s lichter moest zij terug keren. Vele reisblogs bijgehouden en lovende kritieken gekregen. “Wat schrijf je levendig en leuk, daar moet je wat mee doen”. “Wel nee” zei ze, “je gaat toch niet schrijven voor je beroep, das voor ouwe dozen!”. Terug in Nederland kon ze weer aan de slag bij haar oude werkgever om die immense lening terug te betalen. Gelukkig wel zonder rente want dat wilde vaderlief als grap wel invoeren maar mamma had net als haar een ander soort humor!

In september 2009 startte zij de opleiding archeologisch onderzoeksassistente. Altijd al gefascineerd door archeologie, mooie kunstschatten, exotische reisverhalen, stoere mannen met zwepen en cowboyhoeden en helse avontuur, bleek dat alleen in films voor te komen. Altijd weer die films! Niet wetende dat er zo weinig werk in Nederland voor haar zou zijn besloot zij er in januari 2010 maar een eind aan te breien. Ook op expeditie naar haar droom Mexcio zou alleen voor hele gelukkige winnaars zijn weggelegd. Een lot uit de loterij die zij toch niet zou winnen. Voordat zij wist wat ze wel wilde in het leven begon ze in de tussentijd te werken als race instructeur bij een kartcentrum, waar zij haar droomprins ontmoette met wie zij nu al jaren zielsgelukkig is. Tussendoor ging zij aan de slag bij een nieuwssite als columniste en sportjournaliste waarbij zij haar schrijftalent met hulp van de redacteur wist te ontwikkelen. Waarnaar zij in april 2011 eindelijk het schrijverslicht zag en begon te schrijven over haar ervaringen in Nicaragua. Met pijn in het hart moest zij wat afstand nemen van de nieuwssite om zich zo helemaal te kunnen storten op haar boek.

Maar het leven lijkt steeds mooier te worden, ze heeft een spectaculaire treinreis gemaakt van St. Petersburg naar Beijing, er zijn plannen om samen te gaan wonen met haar droomprins in jawel het trendy Amsterdam, ze is schrijver geworden van Pumps in de Jungle en ze is nu ook officieel uitgever. Wat klinkt dat leuk, uitgever!

En de rest is uiteraard toekomst!